Die maatregel laat werknemers (die minstens vier vijfde werken), zelfstandigen en gepensioneerden toe om tot 6.000 euro per jaar onbelast bij te verdienen met klusjes, bijlessen of met taken in het verenigingsleven
Welke aanvullende activiteiten vallen onder de fiscale vrijstelling?
Het onbelast bijverdienen omvat drie types van aanvullende activiteiten : verenigingswerk, diensten van burger aan burger en activiteiten in de deeleconomie.
In de 3 systemen moet het over diensten gaan die aan particulieren worden geleverd.
Voor wie is deze maatregel bedoeld?
Elke particulier mag aanvullende activiteiten uitoefenen.
Er moet echter aan bepaalde voorwaarden voldaan worden inzake het verenigingswerk en diensten van burger aan burger :
-
Het moet betrekking hebben op één van de activiteiten, vermeld in de wettelijk erkende lijsten: verenigingswerk, diensten van burger aan burger. De beoogde activiteiten zijn deze van de non-profit sector.
-
Deze activiteiten moeten plaatsvinden in de vrije tijd.
-
De particulier die aanvullende activiteiten uitoefent moet, hetzij loontrekkend zijn en minstens 4/5de presteren, hetzij zelfstandige in hoofdberoep, hetzij gepensioneerd.
-
Activiteiten uitgevoerd ten behoeve van een medeburger mag niet met vaste regelmaat zijn, noch het voorwerp uitmaken van publiciteit.
In het systeem van deeleconomie, moet de activiteit niet specifiek uitgeoefend worden in de vrije tijd en is er geen maatregel gelinkt aan het sociaal statuut. Iedereen mag dus een activiteit uitoefenen in het kader van deeleconomie. Er werd dus ook geen lijst met activiteiten opgesteld. Alle soorten diensten zijn dus mogelijk.
Deze 3 types van aanvullende activiteiten mogen geen uitbreiding van de beroepsactiviteit zijn, om oneerlijke concurrentie te voorkomen.
Hoeveel mag u verdienen?
U mag maximum 6.000 € verdienen per jaar, verplaatsingsonkosten en algemene onkosten inbegrepen. De bedragen worden opgeteld voor de drie types van aanvullende activiteiten. Alle inkomsten afkomstig van verenigingswerk, diensten van burger aan burger en deeleconomie mogen dus niet hoger liggen dan 6.000 € per jaar.
In het systeem van verenigingswerk en diensten van burger aan burger, mogen de inkomsten niet hoger liggen dan 500 € per maand.
Welke stappen moeten ondernomen worden?
Vanaf 15 juli 2018, moeten betaalde aanvullende activiteiten worden aangegeven.
Het verenigingswerk en de diensten van burger aan burger moeten het voorwerp uitmaken van een voorafgaande aangifte via een online dienst.
Inzake deeleconomie, worden de diensten uitsluitend geleverd in het kader van overeenkomsten die opgesteld werden door middel van een erkend elektronisch platform of een elektronisch platform georganiseerd door een overheidsinstantie. Om erkenning te verkrijgen, moet het elektronisch platform aan een aantal voorwaarden voldoen en moet een aanvraag tot erkenning ingediend worden bij de FOD Financiën. De lijst van erkende platformen bevindt zich ook op de website van de FOD Financiën.
Dient u zich aan te sluiten bij een sociaal verzekeringsfonds?
Indien u de voorwaarden respecteert en indien u de limiet van toegelaten inkomsten niet overschrijdt, en voor zover u geen andere zelfstandige activiteiten uitoefent, dient u zich niet aan te sluiten bij een Sociaal Verzekeringsfonds, noch in het bezit te zijn van een KBO of BTW nummer.
In geval van overschrijding van het jaarlijks plafond zullen alle inkomsten, afkomstig van verenigingswerk, diensten van burger aan burger en activiteiten in de deeleconomie, ontvangen gedurende het jaar, geherkwalificeerd worden als beroepsinkomsten.
Voor meer informatie hieromtrent, verzoeken we u de volgende website te raadplegen : https://bijklussen.be